Aconitum is afgeleid van het Griekse ‘akónitos’, van akóne voor ‘slijpsteen’, dat op haar beurt is afgeleid van ‘ak’, dat ‘puntig’ of ‘scherp’ betekent, en van het woord ‘kônos’ voor ‘kegel’. De naam verwijst waarschijnlijk naar de puntige bladeren. De Latijnse soortnaam Napellus is afgeleid van ‘napus’, dat ‘knol’ betekent en verwijst naar de knolvormige wortels.

Waar groeit Aconitum Napellus?
Aconitum Napellus is in heel Europa op bergachtige plaatsen tot 3000 meter hoogte te vinden. De plant prefereert vruchtbare, vochtige en overbemeste grond, veeweiden en puinhopen.

Eigenschappen van de Aconitum Napellus:
De Aconitum Napellus is uiterst giftig. Slechts enkele druppels is reeds dodelijk. De bloem van de Aconitum Napellus bestaat uit een pluim en iedere bloem in de pluim vertoond gelijkenis met een kap van een monnik.
Aconitum Napellus wordt in de homeopathische geneeskunde toegepast ter bevordering van de genezing bij virale aandoeningen, zoals koorts, infecties en (long)ontstekingen.

Homeopathische toepassing van Aconitum Napellus:
De bloemen, stengels en bladeren van de plant (als ze op hun hoogtepunt van de bloei zijn) worden verwerkt in homeopathische middelen.