Ons immuunsysteem (deel 1)
Ons immuunsysteem (deel 1)
Onze leefomgeving kan ons plezier èn ongemak geven. Het lichaam komt via ingeademde lucht, voedsel of voorwerpen in aanraking met virussen en micro-organismen als bacteriën, schimmels en parasieten.
Door: Jan Hoes
Nuttige micro-organismen
In en op ons lichaam bevinden zich ook vele micro-organismen die een nuttige functie hebben. Zo zorgen talloze bacteriën in onze darmen voor een goede vertering en de aanmaak van vitamines en neurotransmitters.
Ongemak van micro-organismen
Er zijn echter ook virussen en microben die ons tot last kunnen zijn en als ziekteverwekkers ontstekingsreacties kunnen uitlokken op plekken waar zij zich bevinden. Zo kan besmet voedsel onze darmen verstoren en kunnen bacteriën via huidwondjes ettering veroorzaken. Virussen kunnen via ingeademde lucht van besmette mensen koorts en luchtwegklachten geven. En schimmels kunnen uitslag of vaginale afscheiding uitlokken.
Het afweer- of immuunsysteem
Of we ziek worden van een binnendringend virus of micro-organisme hangt af van diens aanvalskracht èn van de afweer van het lichaam. Gelukkig kan een snelle en goede afweerreactie een binnendringer ook in de kiem smoren en ziekte voorkòmen. Die weerstand moet dan geboden worden door ons afweer- of immuunsysteem. Zonder dat zouden we niet kunnen overleven.
Waaruit bestaat ons immuunsysteem?
Bij ons afweersysteem zijn vooral het beenmerg, de thymus of zwezerik en de milt als organen betrokken, waarin allerlei soorten afweercellen, witte bloedlichaampjes, aangemaakt worden of tot rijping komen. Deze komen dan via het bloed in weefsels terecht waar ziekte-verwekkers aanwezig zijn of in lymfe-organen als neus- en keelamandelen en lymfeklieren. Immuniteit komt dus tot stand door afweercellen plus door hen geproduceerde stoffen. We kunnen het afweersysteem globaal in drie verdedigingslinies indelen.
Drie afweerlinies
Naast een eerste mechanische en chemische barrière tegen ziekteverwekkers onderscheiden we nog twee functionele afweerlinies, weliswaar met een zekere overlap. Een aangeboren afweersysteem tegen meerdere soorten ziekteverwekkers en een verworven afweer gericht op één type indringer.
De eerste barrière
Ziekteverwekkers proberen binnen te komen via huid, neus of mond of andere lichaamsopeningen. Een eerste mechanische barrière wordt gevormd door een gezonde huid en slijmvliezen die met trilhaartjes indringers van buiten proberen tegen te houden of weer naar buiten willen werken zoals door hoesten. Een chemische barrière kan gevormd worden door bijvoorbeeld enzymen in speeksel en slijm in de bovenste luchtwegen, en door talg, tranen en zweet. Ook maagzuur kan microben doden die via besmet voedsel en drank ingeslikt waren. Mocht dit onvoldoende zijn, dan wacht een tweede verdedigingslinie. In mijn volgende artikel over het immuunsysteem meer daarover.